Nieuwsbrief

Blijmoedig werken aan herstel!

Terug naar overzicht

“Dat mensen thuiskomen bij hun Schepper, dat is mijn grootste wens.” Met veel enthousiasme en liefde spreekt directeur Hans Barendrecht over het werk van Gevangenenzorg Nederland en alle vrijwilligers. “Ik heb diepe bewondering voor onze vrijwilligers.”

Hans Barendrecht (60) is bijna vanaf het begin, dertig jaar geleden, betrokken als directeur. Voor hem begon het avontuur in 1995 op zolder bij hem thuis. Anderhalf jaar lang onderzocht hij of er bestaansrecht was voor een christelijke organisatie voor zorg aan gevangenen. ’s Avonds ging Hans het land in om lezingen te geven over de noodzaak van het omzien naar gevangenen. Inmiddels bestaat zijn werk grotendeels uit het zorgen voor een goed inhoudelijk en financieel beleid, zodat gevangenen, tbs-patiënten en hun achterblijvende familieleden geholpen kunnen worden.

Vrede en herstel

Nog altijd komt Hans ook zelf graag in de gevangenis. “Onlangs was ik nog een avond in de PI van Alphen aan de Rijn. Zeven vrijwilligers komen daar wekelijks. De celdeuren staan dan open en onze vrijwilligers zijn beschikbaar voor een gesprek. Het is zó belangrijk dat gevangenen gezien en gehoord worden. Een luisterend oor zet de deur open naar verandering. En de vrijwilligers brengen toch een bepaalde sfeer van buiten mee. Onze vrijwilligers doen dat trouwens in meerdere gevangenissen, tot grote tevredenheid. Tijdens mijn bezoek sprak ik met een vrijwilliger. Hij zei tegen me: ‘Ik vind het zo’n heerlijk werk’. ‘Dat is nou precies wat Paulus in Romeinen 12 zegt: ontferm je met blijmoedigheid.”

De tekst loopt door onder de foto.


“Ik vind het zo mooi dat de Bijbel juist dat verbindt met helpen. Er is genoeg om je over te beklagen, zeker in ons werkveld, maar een blijmoedige inzet is een grote zegen en kan vrede en herstel brengen. Juist in de gevangenis is de menselijke maat nodig. Ik heb dan ook diepe bewondering voor hun inzet en geniet er zo van als ik mijn vrijwillige collega’s zo onbevangen bezig zie tussen de gevangenen.”

Beker koud water

In dertig jaar tijd is er het nodige veranderd, de organisatie is gegroeid, “maar de Bron, die blijft hetzelfde!” Hans zijn kijk op het strafrecht veranderde wel. “Voordat ik bij Gevangenenzorg begon werkte ik op het Gerechtshof in Den Haag. Dagelijks was ik met strafzaken bezig. Maar ik begon te zien dat het strafrecht eigenlijk niet zoveel oplost. De oud-voorzitter van Gevangenenzorg – Henk Abbink – bracht dat treffend onder woorden: ‘Strafecht is een verlegenheidsproduct, niemand wordt en beter van, maar we hebben nu eenmaal niet iets dat beter is.’ Hij was zijn leven lang strafrechter en zag dat de barmhartige kant van de gerechtigheid ook broodnodig was. Natuurlijk moet iemand die een misdaad begaat, bestraft worden. Maar straffen is bedoeld om iemand te behouden en niet om af te schrijven. Dat inzicht is sterker geworden door de tijd heen. De grondhouding moet zijn om iemand te behouden en weer op te nemen in de samenleving. Gerechtigheid in de Bijbel is zo rijk! Het is niet alleen maar terugkijken naar het verleden en straffen en vergelden in de zin van betaald zetten, maar juist ook een beker koud water aanreiken en naar een nieuw perspectief  zoeken. Een christen is niet geroepen om te oordelen, maar om barmhartig te zijn. Dat is niet goedkoop en zeker niet naïef. Het is barmhartige gerechtigheid”

Houvast in het leven

Een cruciale rol in het werk is weggelegd voor de vrijwilligers. Hans: “Onze vrijwilligers zijn de mensen die met de voeten in de klei staan. Er is heel veel animo voor ons werk. Inmiddels werken we met zo’n 650 vrijwilligers Ik vind het zo mooi, dat twee mensen die op straat misschien voor elkaar zouden omlopen, die elkaar nog nooit gezien hebben, in de gesprekskamer van de gevangenis fantastische gesprekken kunnen hebben. Gevangenen benoemen dat ook; dat het bezoek van een vrijwilliger hun houvast in het leven is. Dat is ontroerend om te lezen. De oprechte aandacht van onze vrijwilligers maakt het verschil. Ogenschijnlijk kleine dingen kunnen van grote betekenis zijn, merken zij.  Elke dag moet je als gevangene je uiterste best doen om het met elkaar een beetje leefbaar te houden. Dat geeft spanning en aangepast gedrag. Als jij als vrijwilliger dan luistert en aandacht geeft aan iemands verhaal, dan kom je bij iemand binnen, écht binnen, in het hart. Nee, niet alles is dan opgelost, maar hij kan dan wel  weer verder. Dat is wat  onze vrijwilligers brengen, hoop en kracht om vol te houden!”

Waardering

De waardering en respect voor het werk van Gevangenenzorg is door de jaren heen gegroeid. De organisatie wordt breed gewaardeerd als partner die kwaliteit en betrouwbaarheid hoog in het vaandel heeft staan. “Onze christelijke identiteit is een gegeven. Het gaat er in ons werkveld vooral om dat gevangenen een nieuwe toekomst krijgen en nooit meer terugkomen in de gevangenis.  Een gevangenisdirecteur zei ooit tegen me: ‘Ik hoop dat jullie werk veel succes mag hebben. Ik heb liever dat ze naar de kerk gaan dan naar de kroeg’.”

Hans is dankbaar dat veel gevangenen, tbs-patiënten en hun familie Gevangenenzorg hebben weten te vinden en dat ze zeer tevreden zijn met ‘hun’ vrijwilliger. “Het is fantastisch om te zien als onze hulpvragers weer een nieuwe huisje-boompje-beestje balans vinden. Dan heb je iets gigantisch moois gedaan als organisatie. Iemand die niet terugkeert in de gevangenis is een vorm van herstel waar we dankbaar voor zijn. Dubbel dankbaar zijn we als iemand thuiskomt bij de Schepper, bij Christus. Dat is de meest duurzame vorm van herstel. Daar zetten we ons blijmoedig voor in, handen vouwen, handen uit de mouwen”.

Tekst: Inge-Mirjam Bosveld