Vriendelijk, goed gekleed, iemand die weet wat hij wil. Zo op het eerste oog is Joost (een dertiger)) iemand die het goed voor elkaar heeft. Wat je niet meteen ziet, is de elektronische enkelband onder zijn kleding. Joost is na vier jaar gevangenis net vrijgekomen en aan zijn nieuwe baan begonnen. Daarbij is hij enorm geholpen door zijn bezoekvrijwilliger Henry. Maar ook door onze adviseurs arbeid, Eline en Marinus, die regelmatig in het Re-integratie Centrum van de gevangenis komen en daar ook Joost aantroffen. “Ik heb ongelooflijk veel gehad aan Gevangenenzorg”, zegt Joost.
Gelukkig
“Ik was een heel gelukkig mens”, vertelt hij over zijn leven voordat hij in detentie kwam. “Ik had een fantastische jeugd met liefdevolle ouders.”. Al ruim voor zijn 20ste verjaardag had Joost een eigen onderneming. Hij verdiende enorm veel geld in druggerelateerde zaken. Totdat hij ruim vier jaar geleden in het buitenland werd opgepakt.
“Je gaat van heel hoog, naar héél, héél laag. Ik ben alles kwijt, mijn bedrijf, mijn geld. Alles. Maar dat boeit me niet. De emotionele binding met mensen die echt dicht bij me stonden, die ben ik kwijt en daar zit voor mij de pijn. Detentie doet wat met het vertrouwen dat mensen in je hadden.”
Na een periode van detentie in het buitenland, werd hij overgeplaatst naar een Nederlandse gevangenis. Daar was hij blij mee. Maar het was ook een moeilijke tijd. “Blijdschap, hoop, verdriet, besef van angst; het lag allemaal heel dicht bij elkaar. Ik was erg zoekende naar wat ik met mijn tijd binnen deze muren moest doen.” Een medegevangene wees hem op Gevangenenzorg Nederland. “Ik was eerst erg terughoudend, omdat je als gevangene een bepaalde vorm van wantrouwen hebt richting alle hulpverleners binnen deze muren. In een gevangenis zit je zo in de modus van: niks zeggen. Je wordt er constant geconfronteerd met wantrouwen: van je medegevangenen, van het personeel, de instanties. Alles wat je zegt, wordt letterlijk gewogen en kan tegen je worden gebruikt. Eline zei dat zij van Gevangenenzorg was, niet van Justitie en dat wat ik tegen haar zei geen consequenties zou hebben. Dat kon ze wel zeggen, maar geloven en voelen is wat anders. Maar na mijn eerste gesprekken veranderde mijn gevoel al snel van wantrouwend naar een fijn en goed gevoel. Na een aantal keren met haar en Marinus te hebben gesproken, voelde het zo vertrouwd dat ik mij langzaam maar zeker openstelde en ik open stond voor adviezen.”
Vrijwilligersbezoek is fantastisch
Inmiddels had Joost zich ook aangemeld voor bezoek van een vrijwilliger en kwam Henry elke twee tot drie weken op bezoek. “Dat was fantastisch. Ik kreeg verder geen bezoek in de gevangenis. Het is altijd fijn om een lijntje te hebben naar de buitenwereld. Maar het is meer dan dat. Henry luistert, onthoudt dingen die ik vertel, geeft advies. Hij is geen ‘jaknikker’, maar kan ook kritisch zijn, dingen in hun perspectief zetten. Dat waardeer ik erg. Ik heb het gevoel dat hij zich in mij kan verplaatsen. Ik heb nu nog steeds contact met Henry.”
Samen met Eline onderzocht Joost wat voor hem nog wél mogelijk was. Dat deden ze aan de hand van het cursusmateriaal van onze cursus CAO (Cursus Arbeids Oriëntatie). “Uiteindelijk na urenlange gesprekken, hebben Eline en ik gezamenlijk besloten dat het een goed idee zou zijn om tijdens mijn detentie de studie vastgoedeconomie te gaan doen. Zo ben ik ben enthousiast begonnen aan mijn studie en ben hard gaan studeren.” Om zijn examens te kunnen maken, moest Joost naar het schoolgebouw toe. “Eline heeft rechtstreeks contact gehad met mijn casemanager (justitiemedewerker die binnen de gevangenis de gevangene begeleidt) en ik kreeg de mogelijkheid om tijdens een kortdurend verlof mijn tentamens te doen.”
Solliciteren vanuit detentie
Joost volgde zijn studie om meer kansen te hebben op een passende baan. Maar solliciteren vanuit detentie bleek erg lastig. “Zodra je bij een potentiële werkgever ook maar zeer genuanceerd laat vallen dat je in detentie zit, is het gesprek vaak snel klaar. Via het netwerk van Gevangenenzorg hebben we toen een bedrijf gevonden dat bereid was om mij een kans te geven.”
‘Zodra je bij een potentiële werkgever ook maar zeer genuanceerd laat vallen dat je in detentie zit, is het gesprek vaak snel klaar.’
Nooit meer terug
“Het grote verschil tussen Gevangenenzorg en het hulpaanbod binnen de gevangenis is voor mij dat het geen organisatie is van Justitie. Ze zijn nooit bezig geweest om mij te veroordelen, te straffen of iets dergelijks. Er wordt alleen gekeken naar hoe we verder kunnen komen: hoe kunnen we ervoor zorgen dat ik gelukkig ben in de toekomst en nooit meer terug kom in deze situatie. Er wordt gekeken naar wat er wel kan. Natuurlijk heeft mijn casemanager ook een groot aandeel in mijn re-integratie, maar ik vind juist de wisselwerking tussen mijn casemanager en Gevangenenzorg de sleutel tot succes. Gevangenenzorg is belangrijke een aanvulling.
Mijn casemanager heeft vanzelfsprekend geen tijd om met mij urenlange gesprekken te voeren over wat mij bezig houdt, of te analyseren waar nou precies mijn competenties liggen. Mijn casemanager heeft mij wel enorm gesteund en geholpen om het extramurale gedeelte van mijn studie mogelijk te maken. Maar zelfs voor mij was het zonder Gevangenenzorg niet te doen. Zonder Eline, Marinus en Henry was het nooit gelukt!”
Geldboete
Joost heeft een mooie opleiding afgerond en heeft nu een goede baan. Eind goed, al goed, zou je zeggen. Maar dat is niet het hele verhaal. Hij worstelt nu nog met de vraag hoe hij ooit kan voldoen aan de enorme geldboete die hem vanuit het buitenland is opgelegd. Justitie kan hem op een zeker moment weer vastzetten. Laten we hopen dat dit voorkómen kan worden en Joost zijn leven weer stevig op de rit heeft!
De namen van Joost en Henry zijn gefingeerd, maar uiteraard bekend bij Gevangenenzorg.